Plannen en seizoensopbouw

Plannen
Trainingsschema maak je op verschillende niveaus. Mega-, macro-, meso- en microniveau. Mega is een periode over meerdere jaren. Denk bijvoorbeeld aan een periode van vier jaar voor de Olympische Spelen. Macro is een trainingsperiode uitgestippeld over een jaar/wedstrijdseizoen. Mesoniveau is gelijk aan een trainingsschema op maand. Micro staat dan voor een periode van 7 dagen. Goede planning begint meestal al op jaarniveau waarna je die onderverdeelt op maand en weekniveau. Op weekniveau plan je dus in op welke dagen er wel of niet getraind wordt. Je houdt rekening met herstelperioden en andere activiteiten zoals vrijetijdsbesteding en studie.

Periodiseren en je seizoen opbouwen
Wielrenners maken eigenlijk nooit een seizoensplanning want iedereen weet dat het niet mogelijk is om van maart tot oktober in vorm te zijn en goed te presteren. 
Kies daarom twee wedstrijdperioden waarin je goed wilt presteren (maximaal twee per seizoen) en bouw daar je trainingen omheen. De opbouw naar de eerste wedstrijdperiode is voor alle disciplines gelijk. Er is dus geen onderscheid tussen mountainbiken, klassiekers, criteriums, baan- of veldritten. Er wordt begonnen met rustige duurtrainingen. Het is van belang de voorbereidingsperiode op een seizoen zo lang mogelijk te maken. Drie á vier maanden is echt niet te veel. Er mag in een voorbereidingsperiode gewoon intensief getraind worden in de vorm van krachttraining of intervaltraining, maar het moet het trainingsschema in de voorbereidingsperiode niet overheersen. 
Na de voorbereidingsperiode ligt de nadruk op vier weken intervaltraining en intensieve duurtrainingen met achtereenvolgens twee tot drie weken kracht- en snelheidstraining. Denk bijvoorbeeld aan rijden achter een brommer of een trainingskoers op de Nedereindse Berg (NEB). Als hierna zeven tot veertien dagen relatief veel rust wordt genomen tot aan de wedstrijd(periode) kan het lichaam van de zware trainingen herstellen.